Mijn vader had een goeie hobby gevonden. Het verzamelen en maken van Veluwse mutsjes.
Op zijn Solex reed hij de boeren af om te vragen of zij een mutsje konden missen. En dat konden ze wel, als Pa maar wat lekkers meenam (zijn zus werkte bij Jamin, dus hij kwam voordelig aan chocola en snoep of koek). En handig was hij ook, op de oude Singer naaimachine probeerde hij de mutsen na te maken, zo authentiek mogelijk natuurlijk. Stof en roesjes kant werden gekocht op de markt of kreeg ie.
Op den duur had hij een verzameling van 155 mutsjes, keurig gewassen en gestreken door mijn moeder. Er was nauwelijks nog plaats voor in huis, maar hij timmerde er nog wel een kast bij, de handige jongen. Nu liggen al deze enige mutsjes overal verspreid in de musea en op de hoofden van de vrouwelijke poppen in de mooie opkamers van historische dorpsmusea. Je mag hier en daar de mutsjes ook passen, probeer het een keer als U zo'n museum gaat zien!